Al bijna veertig jaar levert Bush Tetras een bijdrage aan de rand van de punk. In hun sound lagen sporen opgeslagen van reggae, noise. En guitars that rattle, shake and snake. Ze hadden hun oefenruimte op een steenworp afstand van CBGB’s. Na een flinke pauze rond de eeuwwisseling herstartte de groep in 2010. Met gitarist Pat Place, zangeres Cynthia Sley en drummer Dee Pop. Die laatste is op ‘They Live In My Head’ inmiddels vervangen door Steve Shelley (Sonic Youth). Pitchfork: They might never become household names, but Bush Tetras’ place in the New York lineage has been cemented. Thurston Moore: Bush Tetras are, without a doubt, one of the greatest rock-and-roll groups born and bred in New York City.